zondag, september 18, 2005
Onlangs meldde de Franse krant l'Equipe dat een urinestaal van Lance Armstrong, genomen tijdens de Tour de France van 1999, positief zou zijn voor epo. Het onderzoek is gedaan op de bewaarde B- stalen (die normaal worden gebruikt voor contra-expertise), in opdracht van het anti-doping agentschap WADA (World Anti Doping Agency). Het lijkt er zeer sterk op dat Armstrong het slachtoffer is van een complot, waarbij het netwerk helaas verder reikt dan het dopinglaboratorium in Parijs en l'Equipe. Het is curieus dat een door WADA geaccrediteerd laboratorium gegevens over een persoon naar buiten kan brengen, omdat een lab slechts beschikt over urinestalen met daarop een codenummer. De monsters zijn strikt anoniem en het is tegen alle regels en voorschriften dat een geaccrediteerd laboratorium codenummers aan namen kan koppelen. En indien men dat al op enigerlei wijze zou kunnen herleiden, dan verbieden de regels om dat naar buiten te brengen. Maar hoe kan het lab dan toch weten dat een bepaald codenummer van Lance Armstrong was? De enigen die over de koppeling van naam en code beschikken zijn Armstrong zelf, het bureau van de UCI (Internationale Wielerunie) en WADA. Uit betrouwbare bron blijkt dat noch Armstrong, noch de UCI die gegevens hebben verstrekt aan het Franse dopinglab.